Cultuur in Roemenië

Geschiedenis van Transsylvanië

De geschiedenis van Transsylvanië is onlosmakelijk verbonden met de geschiedenis van de Hongaren. Transsylvanië maakte direct na de stichting van het Hongaarse rijk deel uit van het koninkrijk. Ook onder Turkse en Habsburgse overheersing is de Hongaarse invloed in Transsylvanië groot.

☛ Koninkrijk Hongarije ☛ Turkse overheersing ☛ Habsburgse overheersing ☛ Oostenrijk-Hongarije
☛ Roemenië Referenties

Voor de komst van de Hongaren

Sinds de Oudheid wonen de Daciers in Transsylvanië, in 101-106 verslagen door de legers van Trajanus. In 272 trekken de Romeinen zich uit Transsylvanië terug. De landstreek wordt afwisselend bewoond door Goten, Gepids, Avaren en Lombarden. Ook de Slaven vestigen zich op vlakten en in rivierdalen (Fabini, 2010).

Koninkrijk Hongarije (890-1526)

De Hongaren zijn van oorsprong een ruitervolk die op de steppen van Centraal-Azië een nomadisch bestaan leiden. In de tweede helft van de negende eeuw trekken de verschillende stammen onder leiding van Árpád de Karpaten over en vestigen zij zich op de tegenwoordige Hongaarse Laagvlakte (Ronin, 2003). Zij vestigen zich ten westen van Transsylvanië, breiden hun machtsgebied uit naar het zuiden en heroveren Transsylvanië vanuit het westen (Fabini, 2010). Geleidelijk gaan de Hongaren over op een sedentair bestaan en de vorst en zijn gevolg bekeren zich tot het christendom. In het jaar 1000 wordt vorst Istvan (Stefan) door de paus van Rome gekroond tot de eerste koning van Hongarije. De belangrijkste residentie van Istvan is Esztergom, dat in 1001 ook een aartsbisdom wordt (Ronin, 2003). Via een netwerk van bisdommen wordt de macht van het bisdom in Esztergom naar Transsylvanië uitgebreid (Bartlett, 1993).
Hoewel ook het Transsylvaanse plateau tot het machtsgebied van de Hongaren behoort, blijft het een lange tijd relatief dun bevolkt. Pas in de elfde en twaalfde eeuw vestigen er zich Hongaren in deze landstreek. Transsylvanië wordt in deze periode ook bewoond door Roemenen. Of zij hier eerder woonden dan de Hongaren is nog steeds een bron van discussie (Ronin, 2003). De Roemenen leven vooral in de voetheuvels van de Karpaten (Nägler, 1979).
Binnen het Koninkrijk Hongarije kent Transsylvanië een mate van autonomie onder leiding van een Voivode (Fabini, 2010). De Hongaarse koning beschikt over alle grond in het koninkrijk en schenkt een deel van de grond aan kerken, kloosters en de nieuwe adel. De boeren op deze grond worden afhankelijk van hun grondbezitters. Zo ontstaat het begin van een feodaal systeem. Ook de Szeklers - een bevolkingsgroep die tegenwoordig tot de Hongaren wordt gerekend - vestigen zich op het Transsylvaanse plateau (Ronin, 2003). Zij helpen de Hongaarse koningen bij het verdedigen van het koninkrijk, vooral tegen de Petsjenegen en Kumanen (Nägler, 1984; Ronin, 2003).
In de twaalfde eeuw vestigen kolonisten uit het Heilige Roomse Rijk zich in Hongarije. Zij bouwen hun nederzettingen vooral op het Transsylvaanse plateau. In de oorkonden van de koninklijke kanselarij worden de kolonisten vanaf 1206 Saksen genoemd (Nägler, 1979; 1984, Ronin, 2003). Hoewel het herkomstgebied van de Saksen niet met zekerheid kan worden vastgesteld, is het onwaarschijnlijk dat de Saksen afkomstig zijn uit de gelijknamige landstreek in het huidige Duitsland (Bartlett, 1993, Ronin, 2003). In 1224 verleent de Hongaarse koning Andras II de Transsylvaanse Saksen een verregaande autonomie (Bartlett, 1993, Nägler, 1979; 1984, Ronin, 2003). De Saksen mogen vrij handelen in het gehele koninkrijk en al snel ontstaan er in Transsylvanië welvarende handelssteden.
In Transsylvanië wordt er gesproken van de drie naties. De Hongaarse adel op de adelsboden en de autonome Saksen en Szeklers op de konigsboden. De Roemenen en later de Roma op de comitatsboden hebben geen aparte gerechtelijke status (Ronin, 2003).
In maart 1241 valt het Mongoolse leger via de Karpaten het koninkrijk Hongarije binnen. Onder andere de Saksische steden worden vernield. Door interne aangelegenheden trekken de Mongolen zich echter snel uit Centraal Europa terug (Nägler, 1979; 1984, Ronin, 2003). Na deze invasie vestigen zich nieuwe groepen kolonisten uit het Duitse Rijk In Transsylvanië. Rond 1400 wordt de kolonisatie afgesloten (Nägler, 1984).
In 1301 sterft koning Andras III als laatste koning van de Árpád-dynastie (Bartlett, 1993, Ronin, 2003). Tussen 1301 en 1526 wisselen verschillende dynastieën elkaar af.
In 1390 vallen de Turken voor het eerst de zuidelijke comitaten van het Hongaarse koninkrijk binnen. In de vijftiende eeuw wordt de strijd tegen de Turken voor de Hongaren het grootste probleem. In 1453 veroveren de Turken Constantinopel, het laatste bolwerk van de Byzantijnen. Het Turkse rijk wordt nu de sterkste macht in de regio (Ronin, 2003).«

Turkse overheersing (1526-1683)

In 1526 verslaan de Turken het Hongaarse leger bij Mohács. Het koninkrijk Hongarije wordt in drie stukken opgedeeld. Het centrale deel wordt Turks Hongarije, het noordelijk deel valt onder de Habsburgers en Transsylvanië wordt een apart vorstendom. Turks Hongarije lijdt sterk onder de Turkse overheersing (Ronin, 2003). De politieke en economische situatie in vorstendom Transsylvanië wisselt van tijd tot tijd. Perioden met relatieve stabiliteit en welvaart, worden afgewisseld door perioden van chaos en anarchie. In de laatst genoemde perioden zijn de weerkerken voor de Saksen van levensbelang. Tussen 1613 en 1629 is Transsylvanië onder vorst Gabriel Bethlen een stabiel vorstendom en is Transsylvanië een toevluchtsoord voor kunst en wetenschap (Fabini, 2010). Na de reformatie komt er zelfs godsdienstvrijheid. In de vazalstaat onder Ottomaanse overheersing betaalt de bevolking een jaarlijkse schatting aan de Turkse Sultan (Ronin, 2003).«

Habsburgse overheersing (1683-1867)

Na de slag bij Wenen in 1683 worden de Turken uit Centraal-Europa teruggedrongen en worden het centrale en noordelijke deel van Hongarije een onderdeel van het Habsburgse Rijk. Transsylvanië wordt een grootvorstendom onder Habsburgse kroon en houdt relatief veel religieuze en bestuurlijke vrijheid. De Roemeense vorstendommen Walachije en Moldavië blijven vazalstaten van het Turkse Rijk. Een toenemend aantal Roemenen vestigt zich in het grootvorstendom Transsylvanië. Via de Roemeens Orthodoxe kerk blijven de Transsylvaanse Roemenen religieus en cultureel verbonden met de Roemenen in Walachije en Moldavië (Ronin, 2003).
In de achttiende eeuw volgt de transmigratie van groepen protestanten uit het Katholieke Oostenrijk naar Transsylvanië (Nägler, 1984).
Onder de Habsburgse koning Maria Theresia wordt in 1767 de lijfeigenschap ook in het grootvorstendom beperkt. In 1785 krijgen de boeren van keizer Joseph II het recht om van hun adellijke landheer weg te trekken en zich bij een andere grondbezitter te vestigen (Ronin, 2003). In 1848 besluiten de Hongaarse standen op de landdag in Cluj dat de lijfeigenschap definitief wordt afgeschaft (Nägler, 1984, Ronin, 2003). Ook wordt besloten dat het koninkrijk Hongarije moet worden herenigd met Transsylvanië. De Transsylvaanse Saksen vrezen voor het behoud van hun autonomie. Ook de Roemeense bevolking voelt niets voor aansluiting bij Hongarije. De Oostenrijkse keizer Frans Joseph I maakt in 1849 een eind aan de Hongaarse rebellie en breekt met behulp van het leger van de Russische Tsaar uiteindelijk het gewapend verzet. Grootvorstendom Transsylvanië blijft van Hongarije gescheiden en Hongarije zelf blijft Habsburgs. De adellijke grondbezitters hebben geen juridische macht meer over de dorpsbevolking, maar behouden nog wel hun economische en sociale dominantie. In 1860 krijgt het koninkrijk Hongarije van de Oostenrijkse keizer iets meer autonomie (Ronin, 2003).«

Oostenrijk-Hongarije (1867-1916)

Onder druk van de veranderende internationale politieke en economische ontwikkelingen komen de Oostenrijkse keizer en het koninkrijk Hongarije in 1867 tot een vergelijk. Daarbij speelt de echtgenoot van Frans Joseph I - keizerin Elisabeth (Sissi) - een bemiddelende rol. Hongarije wordt een volwaardig deel van het Oostenrijkse rijk. Zo ontstaat de Oostenrijks-Hongaarse monarchie. Transsylvanië wordt voor het eerst sinds 1526 weer herenigd met Hongarije, weliswaar als onderdeel van een dubbelmonarchie (Ronin, 2003). In 1876 verliezen de Transsylvaanse Saksen en Szeklers hun eeuwenoude aparte gerechtelijke status (Nägler, 1979). In de daaropvolgende periode maakt Hongarije een sterke economische ontwikkeling door. Het land moderniseert en de urbanisatiegraad en het urbanisatietempo nemen toe. Vanwege een geboorteoverschot emigreert een deel van de armere (plattelands)bevolking naar de Verenigde Staten (Ronin, 2003).«

Na WOI (1918 - heden)

Na afloop van de Eerste Wereldoorlog In 1918 valt Oostenrijk-Hongarije uiteen. Het leger wordt ontbonden en diverse delen van het koninkrijk worden door een buitenlandse mogendheid bezet. De Transsylvaanse Roemenen streven naar aansluiting bij het koninkrijk Roemenië en ook de Transsylvaanse Saksen steunen deze beslissing. Op 4 juni 1920 legt de vredesconferentie in Parijs Hongarije de toekomstig grenzen van het land op. Hongarije verliest volgens het vredesverdrag van Trianon 68% van haar grondgebied. Transsylvanië en het grootste deel van het Banaat worden aan Roemenië toegewezen, samen met meer dan 1,66 miljoen Hongaren (Ronin, 2003). De Roemeense regering voert in 1921 in Transsylvanië omvangrijke landhervormingen door. Daarbij verliezen zowel de Saksen als de Hongaren grote stukken grond (Nägler, 1984).
Tot op heden is Transsylvanië een gebiedsdeel van Roemenië. Hoewel er nog steeds spanningen zijn tussen Transsylvaanse Hongaren en Roemenen, heeft dit niet geleid tot een burgeroorlog, waarvoor na de val van de muur in 1989 aanvankelijk wel werd gevreesd (Kaplan, 2016). Het overgrote deel van de Transsylvaanse Saksen is na 1989 uitgereisd naar Duitsland.«

Referenties

Bartlett, R. (1993), The making of Europe. Conquest, colonization and cultural change 950-1350, Londen: Penguin.

Fabini, H. (2010), Die Kirchenburgen der Siebenbürger Sachsen, Sibiu: Monumenta.

Kaplan, R.D. (2016), Duister Europa, Twee Koude Oorlogen en een reis door Groot-Roemenië, Houten-Antwerpen: Spectrum.

Nägler, T. (1979), Die ansiedlung der siebenbürger Sachsen, Boekarest: Kriterion.

Nägler, T., Schobel, J. & Drotleff, K. (1984), Geschichte der siebenbürgisch-sächsischen Landwirtschaft, Boekarest: Kriterion.

Ronin, V. (2003), Geschiedenis van Hongarije, van Árpád tot Árpád Göncz, Antwerpen-Apeldoorn: Garant.«